Prof. dr. Gabe (G.S.) Sonke

Gabe Sonke is sinds 2016 lid van het CBG. Hij is internist-oncoloog, epidemioloog en bijzonder hoogleraar klinische oncologie aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast werkt hij als hoofd van de afdeling interne geneeskunde in het Nederlands Kanker Instituut / Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam.

Sonke studeerde gezondheidswetenschappen en geneeskunde en promoveerde als epidemioloog aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Hij is lid van de medisch-ethische commissie van het Antoni van Leeuwenhoek en bestuurslid van het Center for Personalized Cancer Treatment. Zijn onderzoek richt zich op innovatieve behandelingen voor borstkanker en eierstokkanker en op het beperken van nadelige effecten van kankerbehandelingen. Zo heeft hij ruime ervaring in het opzetten, uitvoeren en beoordelen van klinisch geneesmiddelenonderzoek in de oncologie.

Andere relevante posities

  • Lid adviesraad Borstkanker Vereniging Nederland
  • Bestuurslid Center for Personalized Cancer Treatment (CPCT)
  • Voormalig bestuurslid Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie
  • Lid algemene vergadering European Organisation for Research and Treatment of Cancer (EORTC)

*Sferische muziek* We zien beelden van het Antoni van Leeuwenhoek. PROF. DR. GABE SONKE – INTERNIST-ONCOLOOG ANTONI VAN LEEUWENHOEK: Ik werk in het Antoni van Leeuwenhoek als internist-oncoloog. Ik behandel daar vrouwen en een enkele man met borstkanker en vrouwen met gynaecologische tumoren. Dan moet je denken aan baarmoederkanker, baarmoederhalskanker, eierstokkanker. We zijn ooit opgezet als Nederlands Kanker Instituut waarin we zowel het onderzoek naar kanker als de behandeling van kanker echt willen integreren. Echt om een verschil te kunnen maken, om kanker zo goed mogelijk te behandelen en patiënten met kanker zo goed mogelijk te behandelen. Dat zien we in de praktijk nog heel erg, dat de mensen die het onderzoek doen en de mensen die de zorg doen heel erg bij elkaar komen. Korte lijnen, kruisbestuiving, en zo de zorg en het onderzoek optimaliseren. Ik ben zelf opgeleid als epidemioloog en daarin leer je heel erg hoe je een onderzoek moet opzetten. Wat de risico's zijn, wat de beperkingen van een onderzoek kunnen zijn. Dat helpt mij heel erg om, aan de ene kant de beste patiëntenzorg te kunnen geven, maar ook te weten hoe je een nieuwe studie moet interpreteren. Wanneer is een medicijn goed genoeg? Wanneer zijn er teveel risico's aan een studie verbonden? Dat helpt mij als ik werk met patiënten, maar tegelijktijd ook heel erg in mijn werk bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen om onderzoeken te beoordelen. Ik vind het in de spreekkamer met patiënten ontzettend belangrijk dat ik behandelingen geef die echt een bijdrage hebben, waardoor patiënten een beter leven hebben, een langer leven hebben. Maar behandelingen kunnen ook veel bijwerkingen hebben. En het is mijn eigen missie om die afweging zo goed mogelijk te maken. Wanneer dragen de medicijnen voldoende bij ten opzichte van alle nadelen die een medicijn kan hebben? Iedereen heeft in zijn leven of in de omgeving te maken met kanker, en dat voelt heel erg als een bedreiging. Het is levensbedreigend. En dan hebben we heel snel de neiging om alles te willen aanpakken om die bedreiging weg te houden. Maar dat staat soms ook haaks op overbehandeling. Dat je te veel doet en te veel bijwerkingen krijgt. Daarom is het zo van belang om in de spreekkamer dat bedreigende aan te pakken, maar tegelijkertijd enorm te zorgen voor een goede kwaliteit van leven. De helft van alle producten die wij in het College behandelen, betreft oncologie. Dat is nu en dat is de komende jaren, weten we ook. Er is zoveel ontwikkeling, er komt zoveel naar ons toe, dat het enorm belangrijk is om daar goede expertise in te hebben. *Muziek fadet uit* Logo CBG MEB, College ter Beoordeling van Geneesmiddelen verschijnt in beeld.

Verklaring van Belangen

Medewerkers van het CBG, Collegeleden én externe deskundigen mogen geen (financiële) belangen hebben die hun onpartijdigheid in het gedrang brengen. Zij vullen vóór hun aanstellling en daarna jaarlijks een verklaring omtrent hun belangen in. Bij mogelijke belangenverstrengeling nemen zij niet deel aan discussies of stemmingen.