Duizend keer – werken aan vertrouwen in medicijnen

Donderdag 31 maart is rood omcirkeld in mijn agenda. Die dag staat de 1.000ste Collegevergadering gepland sinds de oprichting van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen in 1963. Een bijzonder moment.

De Softenon-affaire zorgde indirect voor het ontstaan van het CBG als medicijnautoriteit. Het leek in de jaren vijftig een bruikbaar middel tegen ochtendmisselijkheid bij zwangere vrouwen. Tot bleek dat het middel heel schadelijk was voor de ongeboren vrucht.

Het bevestigde dat een autoriteit snel nodig was. Om te waken over de werkzaamheid, veiligheid en kwaliteit van geneesmiddelen en vaccins.

Die taak kreeg het  CBG  opgedragen in 1963, toen het werd ingesteld. Het College, dat ik sinds 2017 mag voorzitten, bestaat op dit moment uit zestien leden. Medisch specialisten, ziekenhuisapothekers,  hoogleraren, een openbaar apotheker, een huisarts en experts op verschillende andere vlakken. De minister van Volksgezondheid heeft ons benoemd. We zijn allemaal strikt onafhankelijk. Daar tekenen we ook voor.

Tijdens de vergadering – twee keer per maand – bespreken en beoordelen we dossiers over medicijnen en vaccins. Na goedkeuring krijgen geneesmiddelen een registratienummer. Het RVG-nummer. Dat begon in 1963 met tijgerbalsem, wat ‘RVG 00001’ kreeg. Nu zijn we tienduizenden medicijnen verder. 

Al dat werk doen we natuurlijk niet met zestien Collegeleden. Het zogeheten agentschap CBG helpt ons daarbij. Dat bestaat ook uit experts. Zij bereiden alle besluiten over de geneesmiddelen voor, bestuderen de dossiers én voeren besluiten uit namens het College. Ook zorgen zij er voor dat het CBG besluiten kan nemen over geneesmiddelenbewaking. Want ook na goedkeuring blijven we medicijnen volgen. We kijken bijvoorbeeld naar gemelde mogelijke bijwerkingen en andere informatie en bewaken zo de veiligheid van het medicijn. We werken daarvoor nauw samen met Bijwerkingencentrum Lareb, waar deze meldingen ingezameld worden.

Zo hopen we dat medicijnen die beschikbaar komen zo veilig mogelijk blijven. Zélfs thalidomide, de werkzame stof van Softenon. Het klinkt misschien bijzonder, maar de stof is alweer jarenlang geregistreerd als medicijn. Voor een heel specifieke groep patiënten, als behandeling voor de ziekte van Kahler, een vorm van beenmergkanker. Het mag alléén onder heel strenge voorwaarden gebruikt worden, en natuurlijk nooit als er kans is op een zwangerschap. Want veiligheid gaat boven alles!

Die veiligheid (samen met kwaliteit en werkzaamheid), daarvoor staan wij aan de lat. De afgelopen 1.000 vergaderingen, maar ook in de toekomst. Zodat we allemaal kunnen vertrouwen op medicijnen en vaccins.

Over de column

Voorzitter prof. dr. Ton de Boer schrijft elke maand een column ‘Over medicijnen’, over gezondheid en welzijn. De column verschijnt ook in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden. De columns staan in het teken van de actualiteit en onze rol en ons werk als Nederlandse medicijnautoriteit.