Voor de periode 2025-2029 hebben we vier thema’s vastgesteld, die richting geven aan onze wetenschappelijke activiteiten. De thema’s sluiten aan op de strategische lijn van ons Strategisch Business Plan 2024-2028 (SBP). Ook zijn ze een vervolg op het wetenschapsbeleid 2020-2024.
De 4 wetenschappelijke thema’s
In de afgelopen jaren is er veel veranderd in de wereld van medicijnontwikkeling en -beoordeling. Die veranderingen blijven doorgaan. In het wetenschapsbeleid voor de komende jaren spelen we daar op in door te focussen op vier hoofdthema’s:
Voor het ontwikkelen van medicijnen worden dierproeven gedaan. Wij vinden dat dit alleen moet gebeuren als het echt nodig is. Dierstudies geven niet altijd betrouwbare informatie over het effect van een medicijn bij de mens. Daarom kijken wij kritisch of dierproeven echt toegevoegde waarde hebben.
Wij zetten ons in voor het vervangen, verminderen en verfijnen van dierproeven. We doen wetenschappelijk onderzoek naar betere methoden om medicijnen te beoordelen. Denk daarbij aan organoïden (mini-organen), computermodellen of onderzoek met menselijke cellen. We geven advies aan onderzoekers over het beperken van dierproeven en we passen regelgeving voor medicijnstudies aan waar mogelijk. Zo werken we toe naar een situatie waarin dierproeven alleen nog gebruikt worden als ze echt waardevolle informatie opleveren.
Naast resultaten uit klinisch onderzoek verzamelen we steeds vaker real-world data: gegevens uit de dagelijkse zorg. Deze data helpen om beter te begrijpen hoe medicijnen in de praktijk werken. We onderzoeken hoe we deze gegevens het beste kunnen gebruiken bij het goedkeuren en volgen van medicijnen.
Om te zorgen dat nieuwe medicijnen beter aansluiten bij de behoeften van patiënten, moeten we goed weten wat zij belangrijk vinden. Daarom betrekken we de ervaringen en voorkeuren van patiënten vaker bij ons werk. We werken hiervoor samen met patiëntenorganisaties en onderzoekers.
We bouwen aan een openbare database met duidelijke en betrouwbare informatie over medicijnen die in Europa zijn goedgekeurd. Zo zorgen we ervoor dat deze informatie voor iedereen goed vindbaar en bruikbaar is.
We onderzoeken ook hoe kunstmatige intelligentie kan bijdragen aan betere en snellere beoordelingen van medicijnen. Tegelijk zorgen we ervoor dat deze technologie verantwoord wordt ingezet, met oog voor kwaliteit en betrouwbaarheid van de data.
We helpen mee om innovatieve medicijnen sneller en beter beschikbaar te maken voor patiënten. Denk aan cel- en gentherapieën (ATMP’s) voor zeldzame ziekten. Deze medicijnen zijn vaak ingewikkeld om te maken. Daarom delen we kennis, doen we onderzoek en maken we de regels duidelijker en eenvoudiger, samen met andere (internationale) partijen.
Nieuwe technologieën, zoals 3D-printen of gene-editing, helpen om de productie van medicijnen sneller en goedkoper te maken. We onderzoeken hoe deze technieken veilig gebruikt kunnen worden en denken mee over aanpassing van de regels.
Ook kijken we naar biomarkers. Dat zijn meetbare ‘signalen’ in het lichaam die artsen kunnen helpen om de juiste behandeling voor een patiënt te kiezen. Goede kennis over biomarkers kan zorgen dat de medicijnen beter passen bij de persoonlijke situatie van een patiënt.
Voor zeldzame ziekten, waarvoor vaak nog geen medicijnen bestaan, onderzoeken we hoe bestaande medicijnen opnieuw gebruikt kunnen worden. Dit heet drug repurposing.
De Europese Commissie wil de wetgeving voor medicijnen vernieuwen, om beter in te spelen op nieuwe technologieën en medische behoeften waar nu nog geen oplossing voor is.
In de voorstellen voor de nieuwe wetgeving staan onder andere ideeën zoals platformtechnologie, regulatory sandboxes en regels om bestaande medicijnen opnieuw te gebruiken (drug repurposing). Ook komt er meer aandacht voor het milieu, bijvoorbeeld door strengere eisen voor milieueffecten van medicijnen.
Daarnaast verandert er veel in de manier waarop we de medicijnbeoordeling in Europa organiseren. Denk aan het digitaal indienen van dossiers en een andere taakverdeling binnen het Europees medicijnagentschap EMA.
Veel voorgestelde regels moeten nog verder worden uitgewerkt. Daarom doen we onderzoek naar hoe deze nieuwe regels straks goed kunnen werken in de praktijk. De uitkomsten helpen bij Europese gesprekken over de invulling van de nieuwe wetgeving vanaf 2026.
